
De regels in Amsterdam voor woningdelen zijn begin dit jaar ingrijpend veranderd. Woongroepen bestaan niet meer en worden aangemerkt als kamerhuurders. DOOR: TON DAMEN 13 MAART 2017.
Huiseigenaren moeten daarvoor een vergunning aanvragen. Dat levert zo veel nadelen op dat zij willen stoppen met de verhuur aan woongroepen. Hierdoor dreigt een grote hoeveelheid woonruimte verloren te gaan.
Dit stelt huurrechtadvocaat Huib Hielkema, die optreedt namens een aantal huiseigenaren en makelaars die verhuurcontracten opstellen. Hielkema spreekt van een ondoordachte haastklus van de gemeente. Woningdelen lijkt onmogelijk geworden, stelt hij.
“Ik kreeg vorige week nog een nieuwe, ongeruste, klant op kantoor,” aldus Hielkema. “Het gaat om een huiseigenaar die al vrij lang acht woningen aan woongroepen verhuurt, maar die zit nu met zijn handen in het haar.”
Airbnb
Sommige huiseigenaren hebben besloten het huis te verhuren aan een hoofdhuurder in plaats van aan een groep. Die krijgt dan het recht onder te verhuren. Dat kan via een vaste huurder, maar ook via Airbnb of B&B. De verhuurder is dat om het even. Voor de gemeente is Airbnb-verhuur juist ongewenst.
Verhuurders willen de omzettingsvergunning niet aanvragen omdat de taxatiewaarde dan met dertig procent daalt
Oorzaak is dat de nieuwe Amsterdamse huisvestingsverordening de huiseigenaar volgens jurist Hielkema nog maar twee mogelijkheden biedt. De ene is het ‘hospitaverhuur’, onderverhuur. De andere mogelijkheid vereist een gemeentelijke omzettingsvergunning, waarna de huiseigenaar de woning kamergewijs verhuurt.
Veel verhuurders willen de omzettingsvergunning volgens Hielkema niet aanvragen omdat het pand dan volgens een door De Nederlandsche Bank (DNB) voorgeschreven taxatiemethode (RICS) dertig procent in waarde daalt. Als op de panden een hypotheek rust, zullen de banken die de leningen hebben verstrekt niet akkoord gaan.
Slecht verkoopbaar
Een tweede bezwaar is dat een woning die niet langer als gewoon woonhuis maar als onderkomen van een kamerverhuurbedrijf te boek staat slecht verkoopbaar is. Het huis moet volgens Hielkema dan ’terug-omgezet worden’. Verhuurders zien dat als een risico omdat zij niet honderd procent zekerheid hebben dat dit lukt.
Een van de verhuurders met tientallen woongroepen als huurder, die niet met zijn naam in de krant wil, zegt dat hij op dit moment overlegt met woongroepen. Hij zegt die groepen de huur op en sluit nieuwe contracten met het recht op hospitaverhuur. Het komt er op neer dat een huurder verantwoordelijk is voor de complete huur en zelf via onderhuur het huurbedrag bij elkaar scharrelt.
Volgens een rapport van onderzoeksbureau Rigo van vorig jaar wordt volgens een enquête op ruim 18.000 adressen gebruikgemaakt van woningdelen. In de praktijk zou het volgens Rigo gaan om ongeveer 12.000 adressen waar woningdelen aantoonbaar voorkomt, wat neerkomt op 35.000 tot 50.000 huurders. Verhuurders schatten dat door het nieuwe beleid 6000 huurders accuut op straat terechtkomen.
Geen probleem
Wethouder Laurens Ivens (SP, Wonen) zegt dat de gemeente de regelgeving op de website verder zal verduidelijken, hoewel hij denkt dat vakmensen de huidige informatie zullen begrijpen. Hij blijft er echter bij dat huiseigenaren voor woningdelen een vergunning moeten aanvragen.
“We hebben de criteria voor de toewijzing van de vergunning enorm vereenvoudigd,” aldus Ivens. “Maar of woningeigenaren de vergunning financieel aantrekkelijk vinden laat ik voor verantwoordelijkheid van de huiseigenaar.”
Reinier van Dantzig (D66), gemeenteraadslid, die aangeschreven werd door Hielkema, spreekt niettemin van een zorgelijke ontwikkeling. “Ik vraag nu al maanden om meer duidelijkheid. Dat is van belang voor zowel de verhuurders als de huurders, die het toch al niet makkelijk hebben op de Amsterdamse woningmarkt.” Er is volgens Van Dantzig sinds de evaluatie van het woningdelen in juni vorig jaar over de nieuwe regels gesproken
Bron: https://www.parool.nl/amsterdam/-woongroepen-zijn-onmogelijk-geworden~a4473755/
Foto: Rowin Ubink